Bijgewerkt op: 22 jan 2019
De ene smeerkaas is de andere niet: op 13 november 2018 heeft het Hof van Justitie van de EU geoordeeld in de door juristen en de voedingsindustrie al langere tijd gevolgde “Heksenkaas-case”. Ook wel aangeduid als de Heks’ncase. Een smeerkaas waarvan naar zeggen van Heksenkaas vorig jaar 2 miljoen kilo is verkocht.
Heksenkaas claimde auteursrechtelijke bescherming voor de smaak van haar smeerkaas, nadat ze zich geconfronteerd zag met Wilde Wietze Dip (voorheen: Witte Wievenkaas). De smaak van deze Dip zou (te veel) overeenstemmen met haar smeerkaas. En dat zou leiden tot een inbreuk op haar auteursrechten, aldus Heksenkaas. Op zich is dit geen onnavolgbare gedachte, omdat de Hoge Raad eerder oordeelde dat ook een geur in aanmerking kan komen voor auteursrechtelijke bescherming (Lancome).
Het Hof van Justitie gaat hier echter niet in mee.
Wil je auteursrechtelijke bescherming onder de Auteursrechtrichtlijn kunnen claimen, dan moet de smaak van een voedingsmiddel kunnen worden aangemerkt als een ‘werk’ in de zin van de richtlijn. Daarvoor moet de smaak een ‘oorspronkelijke intellectuele schepping’ zijn, die tot ‘uitdrukking’ wordt gebracht. En dat vereist een uitdrukkingsvorm waardoor het voorwerp – de smaak – waarvoor bescherming wordt ingeroepen ‘voldoende nauwkeurig en objectief kan worden geïdentificeerd’. Oftewel: je moet precies weten wát er wordt beschermd en dat ook als zodanig objectief kunnen vaststellen.
Juist omdat dit laatste niet opgaat, omdat smaak vooral ‘subjectief’ is, wordt het beroep op auteursrechtelijke bescherming afgewezen. Kortom, over smaak valt niet te twisten.
Uit mediaberichten kan opgemaakt worden dat Heksenkaas wist dat het een lastige zaak is. Maar alleen de ingrediënten beschermen was geen optie, aldus haar advocaat, omdat je dan uitsluit dat diezelfde smaak op een andere manier wordt gecreëerd. Met de uitspraak van het Hof lijken er geen verdere juridische mogelijkheden meer te zijn voor Heksenkaas, zo zegt de directeur van Heksenkaas op nu.nl, hoewel hij opmerkt dat er nog een kleine opening lijkt te zijn. “Het Hof schrijft in haar oordeel dat de techniek nu nog niet ver genoeg is om smaken objectief vast te stellen. Als daar in de toekomst stappen in worden gezet, biedt dat misschien nog ruimte voor nieuwe mogelijkheden”. Voor vragen over intellectuele eigendom: mail Charissa Koster via koster@dayonelegal.nl.
+31 6 535 385 76 | koster@dayonelegal.nl