Op grond van de Wet franchise moet een franchisegever voorafgaande toestemming vragen aan haar franchisenemers als de franchisegever voornemens is een zogenoemde ‘afgeleide formule’ te introduceren. Zo ook een franchisegever van een supermarkt-formule die een bezorgservice voor kant-en-klaarmaaltijden introduceerde.
Een afgeleide formule?
Met de introductie van de Wet franchise in 2021 is ook de term ‘afgeleide formule’ geïntroduceerd. Volgens de wetgever gaat het daarbij om een concept dat bestaat uit operationele, commerciële en organisatorische elementen dat door de franchisegever zelf wordt geëxploiteerd, dan wel via een met haar samenwerkende partij.
Daarbij is van belang dat deze ‘afgeleide formule’ wordt gebruikt voor de productie of verkoop van goederen of diensten die “geheel of grotendeels” hetzelfde zijn als de goederen of diensten waarop de franchiseformule van de franchisegever toeziet.
De ‘afgeleide formule’ dient verder in één of meer voor het publiek kenbare onderscheidende kenmerken overeen te stemmen met de franchiseformule van de franchisegever. Dat kan bijvoorbeeld door het gebruik van dezelfde of een vergelijkbare huisstijl of (merk)naam, of een combinatie daarvan.
Een door de wetgever genoemd voorbeeld betreft, bijvoorbeeld, de landelijke website van de franchisegever; dat is een operationeel, commercieel en organisatorisch concept dat in principe dezelfde huisstijl draagt als de formule. Klanten zullen de website dan ook vaak direct associëren met de franchiseformule van de franchisegever. Op de website zullen doorgaans dezelfde goederen en diensten worden aangeboden als die via de franchiseformule worden aangeboden.
Instemmingrecht franchisenemers
Als er sprake is van een ‘afgeleide formule’ dan schrijft de Wet franchise voor dat een franchisegever deze alleen mag introduceren zonder voorafgaande instemming van de franchisenemers als de (financiële) gevolgen van deze introductie, zoals omzetderving, niet hoger zijn dan de in de franchiseovereenkomst door partijen opgenomen drempelwaarde. Zijn de gevolgen verstrekkender dan deze opgenomen drempelwaarde dan moet wél voorafgaande instemming worden gevraagd van de franchisenemers.
De casus
In een recente kwestie bij de rechtbank Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2025:43) was sprake van een franchisegever van een supermarktformule die een bezorgservice voor kant-en-klaarmaaltijden had geïntroduceerd. De franchisenemers van deze franchisegever waren van mening dat er sprake was van een ‘afgeleide formule’ en dat er daarom voorafgaande instemming had moeten worden gevraagd aan de franchisenemers. De franchisegever was het daarmee niet eens.
De rechtbank oordeelt dat tussen partijen niet in geschil is dat de bezorgservice een concept betreft die qua gevoel en uitstraling sterke gelijkenissen vertoont met de franchiseformule van de franchisegever. Zo is het logo van de franchisegever bijvoorbeeld goed zichtbaar.
Verder is de rechtbank van mening dat er sprake is van grotendeels dezelfde producten, te weten kant-en-klaarmaaltijden. Die producten vertonen volgens de rechtbank overeenkomsten met de verschillende soorten kant-en-klaarmaaltijden die in de supermarkten van de franchisenemers te koop zijn. Dat deze kant-en-klaarmaaltijden slechts een klein deel van het totale assortiment van de franchiseformule uitmaken, maakt dat niet anders, aldus de rechtbank. Dit is volgens de rechtbank inherent aan het gegeven dat supermarkten een breed assortiment voeren.
Conclusie: volgens de rechtbank is er sprake van een ‘afgeleide formule’ waarvoor voorafgaande instemming had moeten worden gevraagd door de franchisegever.
Alternatieve beoordeling
Hoewel het altijd zeer riskant is om van de zijlijn boude meningen te hebben over een gerechtelijke uitspraak – het procesdossier is immers niet volledig bekend – denk ik wel dat de rechtbank in de gegeven omstandigheden ook een andere afslag had kunnen nemen. En dan tot het oordeel was gekomen dat er toch géén sprake is van een ‘afgeleide formule’.
Op basis van het vonnis lijkt het er in ieder geval op dat de rechtbank veel – wellicht doorslaggevende – waarde heeft gehecht aan het feit dat de ‘afgeleide formule’ veel gelijkenissen vertoont met de franchiseformule.
Hoewel begrijpelijk, lijkt daardoor (te) weinig aandacht besteed te zijn aan een andere element van ‘afgeleide formules’, te weten dat – zie artikel 7:911 Burgerlijk Wetboek – de goederen en diensten die worden verhandeld via deze ‘afgeleide formules’ “geheel of grotendeels hetzelfde zijn als de goederen of diensten waarop de (…) franchiseformule toeziet”.
Aldus de rechtbank zou daarvan sprake zijn, omdat er 156 verschillende kant- en klaar-maaltijden verkocht worden via de supermarkt-franchiseformule, terwijl de ‘afgeleide formule’ geheel toeziet op de verkoop van kant- en klaar-maaltijden. Kortom, wat er via de ‘afgeleide formule’ wordt verkocht, is ook te kopen in de supermarkten.
Als echter wordt gekeken naar de volledige aard en omvang van het assortiment wat er via de supermarkten wordt verkocht, dan oogt 156 producten niet bijzonder veel. Sterker nog, kan met droge ogen betoogd worden dat slechts 156 van deze kant- en klaar-maaltijden te kwalificeren valt als “de goederen of diensten waarop de (…) franchiseformule toeziet”? Naar mijn mening niet; het volledige assortiment moet m.i. beoordeeld worden en dat is (beduidend) omvangrijker dan 156 producten.
Het kan natuurlijk zijn dat de wetgever ook een ruime uitleg heeft beoogd met artikel 7:921 Burgerlijk Wetboek om franchisenemers in alle gevallen te beschermen tegen elke vorm van concurrentie vanuit de franchisegever, maar gezien het ruime assortiment van een supermarkt houdt dat feitelijk in dat elke nieuwe activiteit die een franchisegever in de supermarktbranche wil exploiteren te kwalificeren zal zijn als een ‘afgeleide formule’. De rechtbank noemt dat “inherent” aan het brede assortiment, maar het voelt toch niet bevredigend.
Hoe dan ook – de rechter heeft gesproken! Het wachten is op verdere rechtspraak over dit onderwerp.
Voor vragen over de Wet franchise, afgeleide formules en franchiseovereenkomsten kunt u contact opnemen met DayOne, Jan-Willem Kolenbrander (kolenbrander@dayonelegal.nl).
+31 6 16 06 60 00 | kolenbrander@dayonelegal.nl