Wet franchise en het verstrekken van financiële gegevens 

Kolenbrander |
01 juli 2024

Per 1 januari 2021 is de Wet franchise van kracht geworden en dienden partijen bij een franchiseovereenkomst vanaf dat moment te voldoen aan deze nieuwe wettelijke spelregels. Eén van die nieuwe spelregels is dat de franchisegever voorafgaand aan het ondertekenen van de franchiseovereenkomst financiële gegevens moet verstrekken aan de kandidaat-franchisenemer met betrekking tot de beoogde locatie van de franchiseonderneming. Wat houdt deze verplichting precies in? En is een franchisegever op grond hiervan verplicht een exploitatie prognose te verstrekken aan een kandidaat? In deze blog een korte toelichting op deze materie.
 

Wet franchise
Op 1 januari 2021 is de Wet franchise van kracht geworden (Klik hier voor de wettekst van de Wet franchise). Vanaf dat moment kregen franchisegevers en franchisenemers allerlei aanvullende rechten en verplichtingen uit hoofde van de Wet franchise. Voor per 1 januari 2021 reeds bestaande franchiseovereenkomsten gold een overgangsperiode van 2 jaar voor bepaalde onderwerpen. Die overgangsperiode is ondertussen op 1 januari 2023 verlopen, zodat de Wet franchise op dit moment op alle franchiseovereenkomsten in Nederland van toepassing is.

 

Precontractuele informatieverplichting

Op grond van de Wet franchise – meer concreet artikel 7:913 Burgerlijk Wetboek (‘BW’) – dient een franchisegever voorafgaand aan het ondertekenen van de franchiseovereenkomst allerlei informatie te verstrekken aan een kandidaat-franchisenemer. Eén van de zaken waarover de franchisegever informatie dient te verstrekken, betreft financiële gegevens met betrekking tot de door de kandidaat-franchisenemer beoogde locatie van de franchise. De franchisegever dient financiële gegevens over deze beoogde locatie te verstrekken, dan wel de financiële gegevens van één of meer door de franchisegever vergelijkbaar geachte ondernemingen te verstrekken. Met in dat laatste geval een toelichting waarom de vergelijking gerechtvaardigd zou zijn. Of zoals de Wet franchise dat zelf omschrijft in artikel 7:913 lid 3 BW:
“3.     De franchisegever verstrekt aan de beoogd franchisenemer daarnaast tijdig de volgende informatie, voor zover deze bij hem, bij een dochtermaatschappij als bedoeld in artikel 24a van Boek 2, of bij een aan hem verbonden groepsmaatschappij als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 beschikbaar is, en redelijkerwijs van belang is voor het sluiten van de franchiseovereenkomst:
(…)
b.    financiële gegevens met betrekking tot de beoogde locatie van de franchiseonderneming, of, bij gebreke daaraan, financiële gegevens van een of meer door de franchisegever vergelijkbaar geachte onderneming of ondernemingen, waarbij de franchisegever duidelijk maakt op welke gronden hij deze vergelijkbaar acht.”

 

Omvang van de informatieverplichting

Maar wat houdt dat nu concreet in? Feitelijk valt de voornoemde precontractuele informatieverplichting in twee delen uiteen, te weten 1) een verplichting tot het verstrekken van de al beschikbare en relevante (historische) financiële gegevens van de beoogde te franchisen locatie, dan wel – als dat er niet is – 2) het verstrekken van (historische) financiële gegevens van één of meer door de franchisegever met de beoogde locatie vergelijkbaar geachte ondernemingen, inclusief toelichting.

Allereerst zal er dus gekeken moeten worden of de franchisegever (dan wel een aan haar verbonden dochter- of groepsmaatschappij) over relevante financiële gegevens beschikt over de te franchisen locatie. Indien op de betreffende locatie al eerder een franchisenemer heeft geëxploiteerd, dienen dus die financiële gegevens verstrekt te worden. Heeft de franchisegever een vestigingsplaatsonderzoek laten uitvoeren naar de beoogde locatie dan zou die informatie ook voor verstrekking in aanmerking komen. 

Is dergelijke informatie echter niet voorhanden, bijvoorbeeld omdat het om een totaal nieuwe locatie gaat, dan zal de franchisegever moeten inventariseren of er binnen de formule met de beoogde locatie vergelijkbare ondernemingen zijn, zowel gefranchisede als eigen winkels. Zijn er binnen de formule één of meer vergelijkbare onderneming aan te wijzen, dan dient de franchisegever de financiële gegevens van die locatie(s) te verstrekken aan de kandidaat, inclusief een toelichting waarom die locatie(s) te vergelijken zijn met de beoogde te franchisen locatie. Zijn er niet één of meer vergelijkbare locaties aan te wijzen, dan kan de franchisegever hieraan uiteraard niet voldoen.

 

Beschikbaar en redelijkerwijs van belang

Zoals hiervoor al zijdelings is aangestipt, hoeft een franchisegever alleen financiële gegevens te verstrekken indien deze informatie bij haar, dan wel bij een dochter- of groepsmaatschappij, beschikbaar is én redelijkerwijs van belang is voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Is de informatie niet beschikbaar, of niet relevant voor het sluiten van de franchiseovereenkomst, dan hoeft het dus niet verstrekt te worden.

Het is overigens voorstelbaar dat een franchisegever geen financiële gegevens beschikbaar heeft van een nieuw te exploiteren locatie. Het betreft dan immers een nieuwe locatie waarover (nog) geen historische gegevens bekend zijn. Ook kan het zo zijn dat de kandidaat zelf een locatie heeft uitgezocht waarbij de franchisegever helemaal niet betrokken is geweest. Bij gebreke van beschikbaarheid van deze gegevens kunnen ze uiteraard niet verstrekt worden aan een kandidaat door de franchisegever. 

Het is echter minder goed voor te stellen dat een franchisegever niet in staat zou zijn om de historische financiële gegevens van één of meer vergelijkbare ondernemingen te verstrekken. Zeker in het geval van een grote landelijk opererende franchiseformule ligt het voor de hand dat er altijd wel één of meer andere locaties zijn aan te wijzen die vergelijkbaar zijn met de beoogde door de kandidaat te franchisen locatie. Bij startende formules, dan wel formules met een beperkte omvang, kan dat uiteraard anders liggen. En als er simpelweg redelijkerwijs geen vergelijkbare locaties zijn aan te wijzen, kan deze informatie uiteraard niet verstrekt worden door de franchisegever.

 

Verplichting tot het verstrekken van prognoses?

In het verlengde van het voorgaande. Indien er geen historische gegevens van de beoogde locatie beschikbaar zijn, maar er ook geen vergelijkbare locaties zijn, moet een franchisegever op grond van de Wet franchise dan een  exploitatieprognose op (laten) stellen en deze verstrekken aan de kandidaat-franchisenemer? Zodat er alsnog informatie wordt verschaft?

Dat is uitdrukkelijk niet de bedoeling van de wetgever. Sinds 2002 geldt immers als vaste rechtspraak dat er in beginsel géén verplichting op een franchisegever rust om een exploitatieprognose te verstrekken aan een kandidaat-franchisenemer. Met de Wet franchise wil de wetgever uitdrukkelijk niet afwijken van deze (vaste) rechtspraak. Op grond van de Wet franchise kan een franchisegever dus niet gedwongen worden om een (nieuwe) exploitatieprognose op te stellen. Ook niet als er geen historische cijfers verstrekt kunnen worden.

Wel is het zo – zie hiervoor – dat als de franchisegever er eerder voor heeft gekozen om een exploitatieprognose op te (laten) stellen deze prognose naar alle waarschijnlijkheid verstrekt dient te worden, omdat het immers financiële gegevens betreffen van de beoogde locatie.

 

Sancties

Indien een franchisegever geen financiële gegevens verstrekt aan een kandidaat-franchisenemer van de beoogde locatie, hoewel deze wel beschikbaar waren en relevant voor het sluiten van de overeenkomst, dan wel indien de franchisegever geen financiële gegevens heeft verstrekt van vergelijkbare locaties, dan handelt de franchisegever in strijd met de Wet franchise. Een vernietiging van de franchiseovereenkomst die wordt gesloten ligt dan voor de hand, dan wel een vordering gebaseerd op onrechtmatige daad wegens schending van de wet.

 

Kortom

Op grond van de Wet franchise rust er dus een informatieverplichting op de franchisegever om voorafgaand aan het tekenen van de franchiseovereenkomst financiële gegevens te verstrekken. Op grond van deze verplichting moet de franchisegever alle beschikbare en relevante informatie verschaffen, maar deze verplichting gaat niet zo ver dat de franchisegever gehouden is een (nieuwe) exploitatieprognose op te stellen en aan een kandidaat-franchisenemer te verstrekken.

Voor vragen over franchiseovereenkomsten, prognoses en de Wet franchise kunt u contact opnemen met DayOne, Jan-Willem Kolenbrander  (kolenbrander@dayonelegal.nl)

Voor verdere informatie over deze blog of advisering over het onderwerp, kunt u contact opnemen met DayOne advocaat Jan-Willem Kolenbrander.
+31 6 16 06 60 00 | kolenbrander@dayonelegal.nl